Aansluiten op wensen en behoeften inwoners maakt overheden meest succesvol
Aan welke overheidsinformatie hebben burgers behoefte? Waar zijn journalisten met name in geïnteresseerd? Zijn er rode draden te ontdekken in Woo-verzoeken? In het kader van het actiepunt Onderzoek naar informatiebehoeften en -protocollen onderzoekt het Instituut Maatschappelijke Innovatie (IMI) wat de informatiebehoeften van de samenleving zijn. Oprichter Guido Enthoven: ‘Dit onderzoek gaat inzicht geven in de behoeften die er in de samenleving zijn als het gaat om de openbaarmaking van overheidsinformatie.’
Over deze interviewserie
Nederland wil een open en responsieve overheid bevorderen. In dat kader stelt het een nationaal Actieplan Open Overheid op. Het vijfde actieplan, dat een looptijd heeft van 2023 tot 2027, bestaat uit 17 actiepunten binnen 7 thema’s. Deze thema’s zijn afkomstig van het manifest Over Informatie Gesproken van de gelijknamige maatschappelijke coalitie. Ze omvatten onder andere het verbeteren van de toegankelijkheid van informatie, het betrekken van burgers bij besluitvormingsprocessen en het stimuleren van een cultuuromslag naar meer openheid binnen overheidsorganisaties.
Het doel van deze interviewserie is om inzicht te geven in het Actieplan Open Overheid 2023-2027 door middel van 17 gesprekken met de actiehouders van elk actiepunt. De interviews zullen de kernvragen rond elk actiepunt belichten en de relevantie, uitdagingen, successen en resultaten in kaart brengen. Deze keer spreekt Guido Enthoven, oprichter van het Instituut Maatschappelijke Innovatie (IMI), over actiepunt 14: onderzoek naar informatiebehoeften en -protocollen. Actiehouder is IMI, in samenwerking met het ministerie van BZK, VNG, maatschappelijke coalitie Over Informatie Gesproken, Open State Foundation, NVJ, NVOJ, Universiteit Leiden.
Waarom is onderzoek naar informatiebehoeften en -protocollen noodzakelijk?
Guido Enthoven: ‘We praten al heel lang over de open overheid: eigenlijk al sinds 1980 toen de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) werd ingevoerd, en zeker toen in 2012 het eerste wetsvoorstel voor de Wet open overheid werd ingediend. In al die tijd is er eigenlijk nauwelijks nog onderzoek gedaan naar wat de maatschappelijke behoeften zijn aan overheidsinformatie. Welke doelgroepen kun je onderscheiden? Je hebt burgers, journalisten, maatschappelijke organisaties, maar ook wetenschappers en zelfs Kamerleden.’
‘Het is eigenlijk opmerkelijk dat er zoveel aandacht is voor de kosten van de openbaarheid, maar niet voor de gewone vraag wat mensen nou willen met deze openbaarheid. Dit onderzoek heeft als hoofddoel om de vraagkant naar overheidsinformatie vanuit verschillende perspectieven te belichten. Ook zullen we verkennen op welke wijze niet-contractuele informatieprotocollen effectief kunnen worden ingezet om te voldoen aan de informatiebehoeften van de samenleving. Hierover gaan we in gesprek met journalisten en Woo-behandelaars van departementen.
Wat is het belang van het onderzoek voor een open en transparante overheid?
‘Er is gewoon zo beestachtig veel overheidsinformatie. Dat is bijna niet voor te stellen. Alleen het aantal verzonden en ontvangen e-mails bij het rijk bedraagt misschien wel een miljard per jaar. Dan heb je nog andere documenten zoals nota’s, memo’s, verslagen en facturen. Dan moet je dus keuzes maken welke informatie je actief openbaar wilt maken. Daarbij is het cruciaal dat je uitgaat van de behoeften van de gebruiker. Waar zitten mensen op te wachten? Wat is voor hun primair van belang?’
In hoeverre heeft de overheid haar eigen informatie op orde?
‘Sommige overheidsinformatie hebben we al redelijk op orde. Denk aan informatie over hoe je je paspoort moet verlengen of je rijbewijs of wat je moet doen bij een huwelijk of als je kind naar school gaat. Maar voor andere zaken, waarbij de burger meer in zijn rol zit als citoyen, als staatsburger die geïnteresseerd is in politieke of maatschappelijke thema's, is dat anders. Of het nu gaat om corona, om bezuinigingen of om stikstof of om asiel. Het is fijn als die overheidsinformatie in globale overzichten en visuals wordt vertaald, zodat je mensen op een laagdrempelige manier kan meenemen.’
Zijn er niet net zoveel behoeften als er informatie is?
‘We zitten nog in een beginfase. We wachten nog op goedkeuring van BZK om officieel te starten met het onderzoek. Maar het definiëren van de doelgroepen is een uitdaging. Denk bijvoorbeeld aan journalisten. Of je nu werkt voor een vakblad of voor De Telegraaf, RTL Nieuws of Follow the Money; ieder heeft weer een andere interesse. In al die tijd is er eigenlijk nauwelijks nog onderzoek gedaan naar wat de maatschappelijke behoeften zijn aan overheidsinformatie. Dat geldt helemaal voor burgers. De uitdaging is om hierin toch rode draden te gaan zoeken.’
Wanneer denkt u met resultaten te komen?
‘Uiteindelijk leveren we, waarschijnlijk nog dit jaar, een onderzoeksrapport op met aanbevelingen over welke informatie de overheid met prioriteit openbaar kan maken om zo te voldoen aan de informatiebehoeften vanuit de samenleving. Daarbij kijken we ook naar de vraag welke soorten documenten veel gevraagd worden bij Woo-verzoeken. De verplichting tot de actieve openbaarheid bestaat al, maar overheden zijn nog zoekende wat ze met voorrang moeten oppakken. We kunnen niet alles in één keer aanpakken. Ik denk dat ons onderzoek hierbij goed kan helpen.’
Op welke manier profiteert de overheid op langere termijn van behoeftenonderzoek?
‘Als je kijkt naar de markteconomie ben je het meest succesvol als je weet aan te sluiten op de wensen en behoeften van klanten. Dit onderzoek draagt eraan bij dat er overheidsinformatie wordt geleverd waaraan echt behoefte is. En dat deze informatie op een gebruiksvriendelijkere manier ter beschikking wordt gesteld. Ik denk dat dit cruciaal is om te slagen als open overheid.’