Onderzoeksrapport over een jaar Wet open overheid
Journalisten zijn niet tevreden over de afhandeling van Woo-verzoeken. Deze duurt vaak lang, levert soms weinig op en de communicatie kan volgens hen beter. Dit blijkt uit een onderzoek uitgevoerd door Centerdata in opdracht van het ACOI. Aan het onderzoek deden 256 journalisten mee.
Uit het onderzoek wordt duidelijk dat veel winst valt te behalen wanneer nauwer wordt samengewerkt tussen Woo-behandelaars en journalisten. Vertrouwen en tijdig (open) overleg zijn daarbij basisvoorwaarden.
Het onderzoek is uitgevoerd door het onderzoeksinstituut Centerdata, in opdracht van het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI) en in samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) en de Vereniging van Onderzoeksjournalisten (VVOJ). Onderdeel van het onderzoek was een dialoogtafel met journalisten en Woo-behandelaars. Daaruit is gebleken dat ook ambtenaren behoefte hebben aan beter contact én een beter resultaat.
De belangrijkste bevindingen en het rapport vind je op de website van het ACOI.
NVJ en VVOJ reflecteren op de resultaten
Donderdag 26 oktober presenteerde Serv Wiemers, lid Adviescollege, het rapport in het Nationaal Archief. Folkert Jensma (NVJ), en Bas van Beek (VVOJ) reflecteerden op de bevindingen.
Folkert Jensma: "Journalisten constateren ook dat er informeel en vriendelijk contact mogelijk is, dat er daadwerkelijk Woo-contactpersonen bestaan die zich autonoom durven op te stellen, dat er vaste digitale routes zijn gekomen om verzoeken in te dienen, dat vertrouwelijke voorinzage mogelijk is en – natuurlijk – dat er een landelijke orgaan is, het ACOI, dat voor openbaarheid een vergelijkbare rol wil vervullen als het KNMI voor het weer."
Lees de reflectie van Folkert Jensma
Bas van Beek: "De meerderheid van de respondenten geeft aan dat ondanks de tegenwerking die zij ervaren, verbetermogelijkheden zien in een nauwere samenwerking met de overheid. Waarbij de overheidsmedewerkers en journalisten het Woo-verzoek benaderen als een gezamenlijk vraagstuk. Prioritering, de vertrouwelijke voorinzage en inperking op basis van inhoud."